Werken op hoogte brengt risico’s met zich mee wanneer dit niet veilig wordt uitgevoerd. In een ideale situatie zouden we werken op hoogte in zijn geheel moeten vermijden, maar dit is niet altijd mogelijk. Wanneer we op hoogte werken volgen we de ARBO-wetgeving.
We spreken al van werken op hoogte vanaf 2,5 meter. Wanneer het hoogte werk écht niet anders kan, wordt onderzocht welke werkmethode het meest veilig en haalbaar is. De ARBO-wetgeving stelt hierin dat werkzaamheden alleen mogen worden uitgevoerd vanaf een veilige locatie, bijvoorbeeld een steiger, hoogwerker of een bordes.
Als dit niet uitvoerbaar is, wordt vanuit de RI&E (risico-inventarisatie & evaluatie) besloten welke werkwijze het meest geschikt is. In een RI&E worden alle potentiële risico’s benoemd van de verschillende werkmethodes op hoogte. Er wordt gekozen voor de methode met het laagste risico.
Risico inventarisatie matrix
Om een werklocatie op hoogte te bereiken worden diverse methodes ingezet. Meest gebruikte methodes zijn steigers, hoogwerkers of rope access. Alle drie de werkmethodes hebben zo hun voor en nadelen. Steigers zijn ideaal om een groot werkoppervlakte te bereiken bij langdurige werkzaamheden. Waar je hoogwerkers juist goed kan inzetten om snel en makkelijk te verplaatsen.
Maar er zijn werklocaties waar een steiger én een hoogwerker niet mogelijk of niet veiliger zijn. Denk bijvoorbeeld aan een besloten ruimte, locaties boven water of schuine daken. In deze gevallen biedt rope access de oplossing. Met touwtechnieken en veiligheidsmaterialen maken we moeilijk bereikbare locaties toch bereikbaar. Met deze touwtechnieken zijn we snel en veilig op locatie, kunnen we overal doorheen klimmen en werken we efficiënt. Rope access is volgens de ARBO-wetgeving een erkende veilige methode van werken op hoogte, wanneer wordt uitgevoerd volgens IRATA richtlijnen.
Rope access werk op 200 meter hoogte bij de Zalmhaventoren, Rotterdam
Wanneer de werkwijze is gekozen worden verschillende beheersmaatregelen genomen om het risico van valgevaar en van de omgeving te beperken. We onderscheiden hierin collectieve- en persoonlijke maatregelen.
Collectieve maatregelen zorgen ervoor dat iedereen tegelijkertijd wordt afgeschermd van het gevaar. Voorbeelden hiervan zijn het plaatsen van tijdelijke randbeveiliging of een permanente kooiladder.
Wanneer collectieve maatregelen niet afdoende zijn, kan het valgevaar ook geminimaliseerd worden met persoonlijke maatregelen. Dit kan met werkplaatsbeperking waardoor het onmogelijk is om een val te maken. Of met valbeveiliging, wat het effect van de val zo klein mogelijk maakt.
Bij werken op hoogte houden we rekening met een tal van factoren. Naast het risico van valgevaar ontstaat er ook een risico voor de omgeving. Denk bijvoorbeeld aan vallende voorwerpen. Om dit te voorkomen bestaan verschillende beheersmaatregelen. Voorbeeld hiervan is het correct afzetten van het werkgebied. Werkzaamheden van boven zijn namelijk niet altijd direct zichtbaar. Een ander voorbeeld is het gebruik van lanyards, hier wordt materiaal aan bevestigd zodat niks kan vallen.
Plaatsen van netten beperkt vangt vallende voorwerpen op en beperkt het risico voor de omgeving.
Eenmaal op de werklocatie is het belangrijk dat iedereen precies weet wat er gedaan moet worden. Dit wordt besproken tijdens de toolbox talk. De leidinggevende bespreekt de werkzaamheden van de dag, de bijbehorende risico’s en verdeelt de taken.
Vlak voordat de werkzaamheden beginnen wordt nog één laatste check gedaan. Een LMRA, Laatste Moment Risico Analyse. Dit is een checklist met vragen als ‘Ben ik bekend met de risico’s van het werk’ en ‘Maak ik gebruik van de juiste PBM’? Pas als alle vragen op deze checklist door iedereen met JA wordt beantwoord mogen de werkzaamheden starten.
Uiteraard zijn er nog meer risico’s van werken op hoogte en zijn er meer maatregelen te treffen om het werk veilig uit te voeren. Om werknemers zich bewust te maken van deze risico’s organiseren we maandelijks training werken op hoogte. Tijdens deze training gaan we breder in op de stof om zo de basiskennis van veilig werken op hoogte over te brengen. Onderwerpen die aan bod komen zijn bijvoorbeeld: hoe bereken je de valfactor, wat te doen in geval van een calamiteit en het belang van een toolbox.
Naast deze training voor werknemers, bieden we ook werken op hoogte training aan voor operationeel leidinggevenden. Als operationeel leidinggevende is een goede voorbereiding essentieel. Daarom geven we naast de basiskennis ook aandacht aan het maken van risico-inventarisaties en reddingsplannen.
Training werken op hoogte in ons trainingscentrum in Bergschenhoek
Voordat je op hoogte werkt, geven we je nog een paar tips om veilig aan de slag te gaan: